Bombardement op Brakel
De geallieerden wisten van het bestaan van het schijnvliegveld, maar toch ging het ook eens mis.
Op 20 october 1943 kwam een zwaar bombardement over het gehucht Brakel, uitgevoerd door een Amerikaanse formatie van Flying Fortresses met Spitfires. Blijkbaar hebben de Amerikanen zich laten misleiden door de Duitse camouflagewerken, en meenden dat het schijnvliegveld, aldaar in de buurt, het vliegveld van Gilze-Rijen was. De toren van Riel zagen zij aan voor die van Hulten en zij namen het nabij gelegen gehucht onder vuur, in de mening het vliegveld te treffen. Een 200 bommen van 60 cm. middellijn werden uitgeworpen, kuilen gravend van 6 en 8 m. diepte.
Zes boerderijen werden zo goed als geheel vernietigd door voltreffers. Verder moesten drie andere woningen geëvacueerd worden, wegens het gevaar van in de nabijheid liggende blindgangers. Twee andere boerderijen werden zwaar beschadigd; Achttien woningen kregen glas- en dakschade.
Als slachtoffers van dit bombardement vielen:
- Johanna Maria Aerts weduwe van Fransciscus Bekkers, , oud 47 jaar, wonend B. 20, Riel; zij laat 4 kinderen na, die worden opgenomen in het gezin van hun grootvader en ongehuwde oom en tante. Zie verslag van Nico Bekkers later.
- Maria Cornelia van Gorp, oud 68 jaar, echtgenote van Petrus Arnoldus Schellekens, wonend te Riel, B. 16, die zwaar gekwetst werd en in de ochtend van 21 october ’43 te 5 uur ’s morgens overleed na verpleging in het ziekenhuis te Tilburg;
- Johanna Maria Spapens , oud 47 jaar, wonende te Tilburg, echtgenote van Gerardus Cornelis Deze vrouw werd vermist en eerst na 2½ dag zoeken, werd haar lijk gevonden, bedolven door het zand in de zijkant van een bomtrechter.
De volgende personen werden gewond naar het ziekenhuis van Tilburg overgebracht:
- Maria Adriana van de Broek, 25 jaar oud, ernstig gewond (beenbreuk);
- Elisabeth Maria van de Broek, 8 jaar oud, licht gewond;
- Petrus Zegers, 15 jaar oud, licht gewond.